Een verzameling bankjes geassocieerd met een dichter op grond van materiaal, model, situatie of locatie. Soms echter verwijzend naar een plek waar de dichter zat of gezeten zou kunnen hebben. Het blog poogt de diverse voorraden te ontsluiten.
Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Mannen van Bevers: Rainer Maria Rilke>
Herbsttag
Herr, es ist Zeit. Der Sommer war sehr groß. Leg deinen Schatten auf die Sonnenuhren, und auf den Fluren lass die Winde los.
Befiehl den letzten Früchten, voll zu sein; gib ihnen noch zwei südlichere Tage, dränge sie zur Vollendung hin, und jage die letzte Süße in den schweren Wein.
Wer jetzt kein Haus hat, baut sich keines mehr. Wer jetzt allein ist, wird es lange bleiben, wird wachen, lesen, lange Briefe schreiben und wird in den Alleen hin und her unruhig wandern, wenn die Blätter treiben.
Heer, het is tijd. Het was een grootse zomer. Leg nu uw schaduw op de zonnewijzers en laat de wind over de velden komen. Gebied de vruchten vol te zijn, verleen hun nog twee zuidelijker dagen, stuw ze naar de voldragenheid en jaag de laatste zoetheid in de zware wijn.
Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Mannen van Bevers: Fernando Pessoa>
Ik weet niet hoeveel zielen ik heb.
Ik weet niet hoeveel zielen ik heb. Telkens weer word ik ontbonden. Het is alsof ik voortdurend wegeb. Ik heb me nooit gezien of gevonden. Ik heb alleen de ziel van al dat zijn. En wie een ziel heeft kan niet stil zijn. Wie ziet is slechts wat hij ziet, Wie voelt is zichzelf niet.
Als ik let op wat ik ben en waarneem, Word ik hen en niet meer mezelf. Alles wat ik droom of me voorneem Gaat uit van waar ik het opdelf. Ik ben mijn eigen toneel, Ik kijk hoe ik daar speel En alleen en gespleten rondren, Ik voel mezelf niet waar ik ben.
Daarom lees ik verstrooid, Als bladzijden mijn bestaan. Wat later komt weet ik nooit, Wat voorbij is laat ik gaan. In de kantlijn van wat ik lees Teken ik aan wat bij me oprees. Ik herlees het en zeg ‘Was ik dat?’ God weet het: Híj schreef op dat blad.
Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Mellendijk: Hans Mellendijk>
Station Varsseveld
De grote weidse blik. De eerste dag gong 'k mangs zovölle meuglek baovengronds.
Blok nao blok telkens de Empire State as karktoorn uut mien darp. Da 'k moor weet woor 'k bun en woor 'k zal gaon. Central Park
as De weide van Garritsen. Zaagmolenpad biestert Broadway. Het aevenwicht moor dan anders.
Jao, 't gif wat dee weide van Garritsen de rikkenspöste teikent 't olde land
dat spoort naor de kern; Laurentiuskark. Lente pinkt liepend de vreugdetraone weg pinkenballet in warvelend schouwtoneel.
's Zommers 't gres as hoor óp de hónd malend de beeste zwart bónt. 't Blaag zöt zweefmöllens dreijen.
Harfst kleurt greune weide in de zonne gold. Afstarven; de butte bunt mangs waterkold.
‘s Winters horvelt de kinder achter de stool in vallen en opstaon de toekomst integen. Vergli-jende veurtgang; scharpe snee nao snee. Achter mi-j; weit de wind zingend deur coulissen wachtwanden veur slagmaols ni-je avonturen. Ankomst dat ok weggaon weer is.
Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Mannen van Bevers: Klaus Rifbjerg>
De boom
Is een gedicht als een boom dan is het mooi. Is hij mooi dan is een boom als een gedicht. Rustig met wortels sterk en toch gedragen door de wind altijd beweeglijk zijn eigen vorm tekenend. Naast de boom staat het gedicht in de aarde geplant groeit vol vertroosting om laag en streeft naar de hemel. Op vaste grond en zwevend uit stof zijt gij gekomen tot stof zult gij wederkeren uit stof zult gij herrijzen.
Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Hagenaars: Nineke Gorter>
4 mei - vier mij
Met koffie en koek In weemoed gedoopt En een pak zon op de schenen Even de kleren scheuren Vergane tranen vangen En een arm slaan om het trieste Zelfs de fauteuil zinkt een ogenblik mee Richting bodemloze zee
Maar met één vinger één knop Implodeert het beeld De koffie op de zon Onder het schoteltje leeg En een scheur door de tijd Een snipper verlies en verdriet Dwarrelt langzaam in mij Naar de bodem van de vloer
Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Mannen van Bevers: Thomas Mölhmann>
Hij is de man
Hij vouwt bootjes van zijn dromen, blaast zachtjes
om niemand wakker te maken hun papieren zeilen
vol en kijkt ze zachtjes zachtjes na tot uit het raam
hij houdt als de ochtend aan komt rollen de kozijnen
en de lijsten rond de foto's op hun plaats en wacht
tot alles bedaart en iedereen aan het ontbijten slaat
hij houdt de hele dag de kleine en de grote wijzer
aan de praat, hij houdt de straat tot het schemeren gaat
in de gaten, als een jas passen hem de gang en de wanden
als een spijker hangt aan hem het huis
hij is de man die 's nachts de vuilniszakken leegt
de lepels in de la legt, de grote en de kleine
jassen aan de kapstok aan hun lusjes hangt.
Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Mellendijk: K. Schippers>.
Vulpen, groen gevlamd
gekregen in '86 dop vervangen in '91 houder vervangen in '93 clip vervangen in '98 dop opnieuw vervangen in '02 gouden pen vervangen in '07 met deze pen geschreven in '09
Uit de collectie Mellendijk (keuze gedicht) voorraad Hagenaars (keuze dichter): Hans Vlek>
Als ik sterf dan liefst zoals Sarah Bernhardt. Theatraal groots, ontroerend. En dan weer opstaan voor de bloemen. Op de zijgevel van restaurant Tante Pietje, Korte Putstraat 14-16 's-Hertogenbosch | Hans Vlek.
Uit de collectie Mellendijk (keuze tekstdichter en vers) voorraad Mannen van Bevers: Woody Guthrie>
Pete Seeger
Bruce Springsteen
Woody Guthrie
This Land Is Your Land Words and Music by Woody Guthrie
This land is your land This land is my land
From California to the New York island;
From the red wood forest to the Gulf Stream waters
This land was made for you and Me.
As I was walking that ribbon of highway,
I saw above me that endless skyway:
I saw below me that golden valley:
This land was made for you and me.
I've roamed and rambled and I followed my footsteps
To the sparkling sands of her diamond deserts;
And all around me a voice was sounding:
This land was made for you and me.
When the sun came shining, and I was strolling,
And the wheat fields waving and the dust clouds rolling,
As the fog was lifting a voice was chanting:
This land was made for you and me.
As I went walking I saw a sign there
And on the sign it said "No Trespassing."
But on the other side it didn't say nothing,
That side was made for you and me.
In the shadow of the steeple I saw my people,
By the relief office I seen my people;
As they stood there hungry, I stood there asking
Is this land made for you and me?
Nobody living can ever stop me,
As I go walking that freedom highway;
Nobody living can ever make me turn back
This land was made for you and me.