dinsdag 1 januari 2013

Dichtersbankje | Salomon Bonn

Foto: gevonden op internet | Het Laatste Nieuws



Uit de collectie Mellendijk (keuze dichter en gedicht) voorraad Bevers: Salomon Bonn>



MEEUWEN

Gij koninklijk gediert,
dat met uw rode poten
en hermelijnen mantel zwiert
en vaart onder de zon.

Hoe blinkt uw dons, als sneeuw zo fijn,
hoe is de glans op 't hermelijn

als van de zonne zelf.

Gij vaart en scheert
onder blauw 't gewelf
en laat de zachte winden gaan,
en doet de blanke vleugels staan
als blaren van 'n bloeme.

Lijk corpulente vrouwtjes gaat
g' op ijsvloer wiegend, wiegend maat,
en oogt al naar uw heertjes
en naar hun bonte veertjes.

De zonne zegent uw gezicht,
de wind wiegt u te dansen:
op 't water, boomen, kaden al!
zie ik u met uw duizendtal
als witte bloemen kransen.

Gij bloemen van de wintertijd,
gij lopers op het water,
'k vergeet der Noorderwind gebijt 

door uw zangend gesnater.

En 'k zing, m'n meeuwkens, maatjes zacht,
om de schone vederkens van u,
om 't zonneke dat lacht.

© Salomon Bonn
Uit: Immortellen | 1912

Geen opmerkingen:

Een reactie posten